Kan een verkeerde grip tenniselleboog veroorzaken?

Kan een verkeerde grip tenniselleboog veroorzaken?

De relatie tussen racketgreep en blessures

Tenniselleboog, of laterale epicondylitis, is een van de meest voorkomende blessures in de sport. Het wordt gekenmerkt door pijn aan de buitenzijde van de elleboog en is vaak het resultaat van overbelasting van de onderarmspieren die de pols en vingers strekken. Hoewel de blessure complex is en vaak het gevolg is van meerdere factoren – waaronder slagtechniek, racketgewicht en de spanning van de snaren – speelt de manier waarop een speler het racket vasthoudt een doorslaggevende rol in het risico op ontwikkeling.

Een verkeerde grip is zelden de enige oorzaak, maar het is wel een belangrijke katalysator. Zowel de omvang van de grip als de gekozen griptechniek beïnvloeden direct de belasting die op de pezen van de onderarm wordt uitgeoefend tijdens de impact van de bal. Het negeren van deze factoren kan leiden tot chronische irritatie en uiteindelijk tot de gevreesde tenniselleboog.

De impact van een te kleine of te grote grip

De grootte van de grip is essentieel voor het optimaliseren van de spieractiviteit in de onderarm. Als een grip te klein is, moet de speler harder knijpen om te voorkomen dat het racket in de hand wegdraait. Dit constante en overmatige knijpen zorgt voor onnodige spanning en vermoeidheid in de pezen en spieren, wat de kans op ontsteking vergroot. Spelers compenseren de instabiliteit door de grip sterker aan te spannen, waardoor de onderarm nooit volledig kan ontspannen.

Daarentegen zorgt een te grote grip ervoor dat de speler moeite heeft om de vingers volledig om het handvat te sluiten. Dit resulteert in een verminderd gevoel en een grotere belasting op de gewrichten, met name tijdens de backhand. De optimale gripmaat stelt de speler in staat om de grip vast te houden met een stevige, maar ontspannen handdruk. Als vuistregel wordt vaak geadviseerd dat er nog ruimte moet zijn voor de wijsvinger van de andere hand tussen de palm en de vingertoppen.

Griptechniek en de mechanica van de slag

Naast de grootte is de feitelijke griptechniek (continental, eastern, western) cruciaal. Een zeer extreme ‘western’ grip op de forehand, hoewel effectief voor het genereren van topspin, plaatst de pols in een positie die de strekspieren sterk onder druk zet. Recreatieve spelers die deze grip hanteren, maar niet over de fysieke kracht of techniek beschikken om de belasting op te vangen, lopen een verhoogd risico. De backhand is vaak de meest problematische slag, waarbij een onjuist gebruikte Continental grip of een zwakke pols tijdens impact de trillingen en schokken rechtstreeks naar de elleboog geleiden.

Preventie: aanpassingen aan je uitrusting en techniek

Preventie begint met het kritisch bekijken van je uitrusting. Zorg ervoor dat de gripmaat correct is en overweeg eventueel het gebruik van een demper of een zachter bespanmateriaal om trillingen te verminderen. Een professionele bespanner of tennistrainer kan helpen bij het bepalen van de juiste gripdikte.

Trainingsadvies voor een gezonde onderarm

Naast het aanpassen van de uitrusting, is fysieke training onmisbaar. Het versterken van de onderarmspieren – zowel de buigers als de strekkers – helpt de pezen te ontlasten en maakt het lichaam beter bestand tegen de herhaalde impact van tennis. Regelmatige rekoefeningen en een grondige warming-up voor elke sessie zijn eveneens cruciaal. Als de pijn aanhoudt, is het raadzaam om een tennistrainer te raadplegen om de slagtechniek te corrigeren, en zo de foute belasting die door een verkeerde grip wordt veroorzaakt, definitief aan te pakken.